Flying Horseman - Ergens op weg naar een climax
Donderdagavond 7 november stond Flying Horseman in de Handelsbeurs. Gentenaar.be stuurde er Jeroen-Jan Vroman naartoe. Jeroen-Jan Vroman is één van de drie Gentse deelnemers aan het nieuwe VIER-programma De beste Singersong-writer van Vlaanderen, dat gisteren op VIER begon. Jeroen-Jan en de andere twee kandidaten, Barbara Vlaeminck en Joni Sheila stellen we u hier later nog voor. Maar eerst de indruk die Jeroen-Jan overhield van Flying Horseman.
7 november 2013, de herfst is in het land. De hemelsluizen staan wagenwijd open, de dagen worden kort en donker. Een ideale avond om in de Handelsbeurs te vertoeven, want daar zet Flying Horseman deze miezerige sfeer majestueus om in iets warms en gezelligs. Op slag zijn we weer tevreden dat de tijd van kachels en gluhwein is aangebroken.
We waren duidelijk niet alleen. De goed gevulde zaal was muisstil. Iedereen keek geboeid naar het verhaaltje dat zich afspeelde op het podium. Opvallend hierin waren de zusjes Maieu, liefjes zoemend op de achtergrond. Het lijken wel twee buitenaardse wezens die per toeval op onze aarde zijn beland. Het moment waarop ze samen zongen “it means nothing” betekende veel, het was adembenemend mooi. Muzikaal dragen ze zeker bij tot de volle originele sound, hun hoofdrol lag echter vooral in het toevoegen van een magisch snufje aan dat mysterieuze verhaal.
De setlist werd geopend met City. Een gitaarriff die niet door de melodie, maar door de sound in je hoofd blijft hangen. Voeg daar de filosoferende stem van Bert Dockx aan toe en je krijgt een muzikaal pareltje. Wat hij zingt, klinkt geloofwaardig. Hij straalt charisma uit maar dan op een non-verbale manier. 'Iedereen nog mee?' waren zijn eerste woorden na vier songs. Ja, dat zijn we Bert, doe jij maar gewoon voort met waar je enorm goed in bent, donkere meeslepende liedjes brengen.
Het moet wel gezegd zijn, het is niet bepaald de muziek om je vriendin bij ten huwelijk te vragen. Het speelt in op je diepste emoties en brengt die onverbiddelijk naar boven. De lange stukken waarbij zuinig met het slagwerk werd omgegaan, vergden wat energie. Zo zongen ze plots in koor: 'Dear god I missed your train', inderdaad de aandacht verslapte soms, maar al snel konden we onze wagon terug aankoppelen. Elk voordeel heeft zijn nadeel; het doen uitsterven van de noten in grote leegtes, zette de explosies extra in de verf.
'Paint the walls blue' weerklonk door de boxen en ondertussen werden we verblind door een blauwe felle spot. Er was oog voor detail, dit was duidelijk niet hun proefstuk. Dit zijn professionals, niet enkel de mensen op het podium, ook ernaast. Geen feedback maar een kraakheldere klank weerklonk in de prachtige Handelsbeurs. Het ontwerp van David ’t Kindt uit 1738 mag er best wel zijn en biedt muzikaal veel mogelijkheden. Maar genoeg over het decor, terug naar de muziek.
Pogingen om voetsgewijs het ritme tot je te nemen, liepen vaak stroef. De liedjes zitten vrij complex ineen. Soms worden verschillende maten met elkaar gecombineerd, wat uitmondt in iets strafs. Je voelt dat het klopt, maar kan er geen tel op plakken. De complexiteit zet zich verder in de structuur van de songs. Slechts sporadisch kreeg je het gevoel in een soort van refrein beland te zijn. Grotendeels waanden we ons ‘ergens op weg’ naar een climax. Heel belangrijk in deze context, is de ritmevastheid van bassist Mattias Cré. De anderen kregen als het ware een vrijgeleide om te experimenteren rond deze rots in de branding.
Na een geslaagde avond kon een bisnummer niet uitblijven, Bert beloofde ons er zelf twee. Met als uitschieter ‘America is Dead’. De zanglijn kent doorheen de setlist weinig variatie en hoogteverschillen maar komt hier opnieuw heerlijk tot zijn recht. Zo kunnen wij met een gerust gevoel naar huis. Met hun nieuwste album City Same City onder de arm, zodat we de koude winter kunnen doorstaan. Flying Horseman, graag meer van dat.