De Britse ngo FERN publiceert een ontluisterend rapport over de houtskoolproductie in Namibië. Onderzoekers die ter plaatse een kijkje gingen nemen, stootten er op illegale ontbossing op grote schaal en spreken van zwaar onderbetaalde arbeiders die dag in dag uit, in de verzengende hitte en de rookwalmen, houtskool maken op een zeer vervuilende manier en zonder beschermende kledij. Ze leven in krotten zonder sanitair en stromend water.

Eerder dit jaar trokken ook de Verenigde Naties al aan de alarmbel: uit satellietbeelden bleek dat Somalië, ondanks het verbod van de Veiligheidsraad in 2012, nog altijd op grote schaal houtskool exporteert. Dat zou een kwart miljard euro opbrengen, waarvan 30 tot 40 procent bij de islamitische Somalische terreurorganisatie Al Shabaab zou terechtkomen.

In onze supermarkten

Helaas voor de ‘bewuste’ consument staat op de verpakking van een zak houtskool haast nooit het land van oorsprong vermeld. Dat is geen wettelijke verplichting. Een rondvraag bij de grote Belgische supermarkten leert dat de meeste houtskool in ons land alvast niet uit Namibië of Somalië komt, maar wel uit Nigeria.

Al is ook dat maar een magere troost. Want, zo lezen we in hetzelfde Britse rapport: ‘Nigeria, een grote leverancier van houtskool voor de Belgische, Nederlandse en Duitse markt, kampt met een van de hoogste ontbossingsniveaus ter wereld.’ De toestand is intussen zo ernstig dat in het land geregeld stemmen opgaan om de productie en de uitvoer van houtskool te verbieden. Dat het nooit zo ver is gekomen, komt doordat ruim 40 procent van de totale productie illegaal zou gebeuren en bijgevolg ontsnapt aan elke overheidscontrole, zo stelt de Britse ngo.